top of page

De juridische kwalificatie van CBD

Bijgewerkt op: 9 aug. 2023

Inleiding


De afgelopen jaren heeft een toenemend aantal ondernemers geïnvesteerd in de handel in in cannabis gebaseerde producten. Deze ontwikkeling heeft geleid tot bezorgdheid over de potentiële schade van deze producten en over hun wettelijke status. Deze blog bespreekt de zorgen over de wettelijke status van CBD, door de uitspraak van het Europese Hof van Justitie van 19 november 2020 te analyseren.


De feiten


B S en C A zijn de voormalige bestuurders van Catlab SAS, een bedrijf dat in 2014 is opgericht om Kanavape op de markt te brengen. Kanavape is een elektronische sigaret. De vloeistof die in de elektronische sigaret wordt gebruikt, bevat CBD. De elektronische sigaret zou zowel online als via een netwerk van verkopers van elektronische sigaretten worden gedistribueerd.


De in de elektronische sigaret gebruikte CBD wordt legaal geproduceerd in Tsjechië, met gebruikmaking van de volledige cannabisplant. Bovendien bevat de plant waaruit de CBD werd geëxtraheerd niet meer dan 0,2% THC.


Vóór de lancering van de elektronische sigaret is Catlab SAS een voorlichtingscampagne gestart. De informatiecampagne heeft geleid tot een onderzoek door het Franse nationale agentschap voor de veiligheid van gezondheidsproducten.


Op 8 januari 2018 oordeelde de Franse rechter dat de activiteiten van Catlab SAS een inbreuk vormden op de wetgeving inzake giftige stoffen. De Franse rechter oordeelde dat de handelingen een schending vormden van artikel R. 5132-86, leden 1 en 2, van de Code de la santé publique.


B S en C A zijn tegen voornoemd vonnis in beroep gegaan met het argument dat de Franse wetgeving in strijd is met het Europese recht. In antwoord daarop heeft de verwijzende rechter het Europees Hof van Justitie om een prejudiciële beslissing verzocht.


Toepasselijkheid van het Enkelvoudig Verdrag inzake verdovende middelen


Het Europees Hof van Justitie begint met het uitleggen van de doelstelling van het Enkelvoudig Verdrag inzake verdovende middelen: de bescherming van de gezondheid en het welzijn van de mensheid. De bepalingen van het Enkelvoudig Verdrag inzake verdovende middelen moeten worden gelezen in het licht van deze doelstelling.


Het Europees Hof van Justitie verwijst vervolgens naar artikel 1 van het Enkelvoudig Verdrag inzake verdovende middelen. Volgens artikel 1 wordt onder "drugs" verstaan: alle stoffen van de lijsten I en II van dit Verdrag. Op lijst I van dat verdrag staan vermeld: cannabis, cannabishars en cannabistincturen en -extracten.


Strikt genomen valt het betrokken CBD-product onder artikel 1 van het Enkelvoudig Verdrag inzake verdovende middelen. Aangezien de betrokken CBD echter geen psychotrope of schadelijke werking op de menselijke gezondheid blijkt te hebben en het in de stof aanwezige THC-gehalte de grens van 0,2 % niet overschrijdt, oordeelt het Hof van Justitie dat CBD niet wordt beschouwd als een drug in de zin van het Enkelvoudig Verdrag inzake verdovende middelen.


Meer weten?


De cannabusiness is booming. Ondanks de toenemende beschikbaarheid van CBD, blijven er veel vragen over de legaliteit van het product. Aarzel niet om contact op te nemen met één van onze advocaten als u vragen heeft over de legale status van uw CBD product.

bottom of page